Cranial Closing Wedge Osteotomie (CCWO)

 

De operatie elimineert tibiale stuwkracht door de hoek van het tibiale plateau te verkleinen en de craniale kruisband overbodig te maken.

 

Een vooraf gemeten wig van bot wordt verwijderd en orthopedische draad wordt door twee gaten in het schedelscheenbeen geleid en gedraaid om geleidelijke sluiting en compressie van de ostectomie mogelijk te maken. Ten slotte wordt een TPLO 'locking' type plaat over de osteotomie geplaatst om stabilisatie te bieden

Welke patiënten kunnen geschikt zijn voor deze techniek?

De chirurg die de röntgenfoto's van de patiënt beoordeelt, zal rekening houden met een paar factoren bij het beslissen wat de beste aanpak zou kunnen zijn. CCWO wordt meestal overwogen bij patiënten met:

-Steile tibiale plateauhoek (TPA). Een hoek van meer dan 28 graden wordt als steil beschouwd en deze anatomie maakt andere technieken zoals TTA minder geschikt.

-Tibiale top is slecht ontwikkeld. Alle honden hebben variaties in de anatomie van het proximale scheenbeen en sommige rassen in het bijzonder hebben een relatief onderontwikkelde tibiale kam. Deze patiënten zijn minder geschikte kandidaten voor TTA en kunnen dus in aanmerking komen voor CCWO.

- Oudere patiënten. CCWO biedt directe appositie van bot. TTA-chirurgie laat een osteotomiekloof achter die moet worden opgevuld door nieuwe botvorming. Dit kan te lang duren bij geriatrische honden, waardoor CCWO een meer geschikte procedure is.